Uitleg:

Wat was dat een mooi verhaal van de kikkerprinses! Nu mag je zelf het verhaal gaan naspelen! Van elk karakter is een poppetje beschikbaar. Bevestig hier een satéprikker met plakband onder; en zo kunnen we onder de tafel of in een poppenkast het verhaal nog een keer beleven! Laat kinderen in twee- of drietallen werken bij het uitspelen van het verhaal. Dit uitspelen van het verhaal kan als volgt begeleid worden:

De leerkracht speelt eerst het verhaal (1) volledig zelf voor door te spelen met alle poppen. (2) Geef vervolgens stap voor stap stukjes van het verhaal uit handen. (3) Laat nu de kinderen de rollen vervullen en lees zelf stukjes uit het verhaal als regisseur voor. Dit kan door bijvoorbeeld vragen aan de kinderen te stellen als: ‘waar ging zij daarna naar toe?’. 

(4). Nu kunnen de kinderen zelfstandig spelen. 1 Kind neemt de rol van verteller op zich; de ander speelt met de poppetjes. 

Voorbereiding:

Print van tevoren de poppenkastpoppetjes en de scènekaartjes uit. Bespreek het verloop van het verhaal met de kinderen aan de hand van de scènekaartjes. Dit kun je doen door de kinderen de kaartjes op volgorde te laten leggen. Doe tegelijk met het bespreken van de kaartjes voor hoe je met de poppetjes deze scène kunt spelen. Benadruk ook dat je altijd een eigen verhaal mag spelen en bedenken.

Benodigdheden

  • Printblad poppetjes
  • Printblad scènekaartjes
  • Satéprikkers
  • Plakband