Klei emo beestjes maken
We gaan hoe we ons voelen omzetten in vorm. Wow! Hoe?
Voor deze opdracht kiezen we ervoor om vier emoties te gebruiken.
Blij, boos, verdrietig en bang.
Vertel iets over emoties, waar voel je die. In je buik en in je hoofd en waar nog meer.
We gaan kijken of je emotie in je handen kunt voelen.
Ieder kind krijgt een bonk klei, verdeel dit in vier ongeveer even grote stukken.
Hoe voelt het als je blij bent. Beeld je in dat je heel blij bent. Voel je dat in je lijf. Hoe zouden je handen voelen als je blij bent? Hard of zacht – los of gespannen?
Pak een hompje klei en kneed die met een blij gevoel.
Kneed de klei even, voel je je blijheid nog? Leg het klompje klei dan op de hoek van de tafel
Bekijk je klei vorm eens goed, waar zou het hompje een gezicht hebben volgens jou?
Met de sate prikker mag je twee oogjes en een blij mondje in de klei tekenen.
Nu gaan we het met de andere emoties doen, een boze homp klei, een verdrietig hompje en een bang kleitje.
Zien ze er allemaal hetzelfde uit? Of zijn het vier verschillende kleibeestjes?