Start het kringgesprek

Doelgroep: 3+ (startvragen en verdiepingsvragen)

Stel één of meer ervarings- en belevingsvragen, bijvoorbeeld:

  • Hebben jullie een insectenhotel op het plein staan? Of ergens in de straat? 
  • Welke insecten ken je al? 
  • Wat denk je dat insecten nodig hebben om in een hotel te blijven?
  • Waarom zouden insecten graag in een hotel willen wonen?
  • Wat voor soort huis zou jij maken voor een insect?
  • Waarom zijn insecten belangrijk, denk je?
  • Kunnen insecten vrienden zijn van bloemen? Waarom?
  • Welke bloemen vinden insecten mooi, denk je?
  • Kunnen bloemen een huis zijn voor insecten?

Afsluiting

Sluit het gesprek af met een korte samenvatting.

Informatie voor de leerkracht

In een onderzoekend gesprek leren de kinderen van elkaar – van elkaars ervaringen, ideeën en verwondering.

De leerkracht is gespreksleider en faciliteert het gesprek door vragen te stellen en een veilige, respectvolle dialoog te waarborgen.

Een paar tips:

Spreek af dat de kinderen mogen vertellen wat zij denken, weten en voelen, en dat alle antwoorden altijd goed zijn;

Hanteer enkele gespreksregels zoals ‘Steek je hand op als je iets wilt vertellen’ en ‘Als een ander praat, luister je stil en aandachtig’;

Laat je eigen mening en kennis buiten het gesprek. Luister zonder oordeel naar de kinderen en waardeer hun ideeën (ook als ze anders zijn dan je verwacht).