Wie zijn deze zes?
De kinderen gaan in deze opdracht aan de slag met vooroordelen. Aan de hand van een werkboekje bedenken de leerlingen wie de personages uit de voorstelling zijn op basis van enkel een afbeelding…
In het boekje staan verschillende personages. De kinderen mogen in tweetallen het boekje gaan invullen. Ieder tweetal vult deze voor een personage in. Zorg dat de personages daarom goed over de klas verdeeld zijn. De duo’s gaan voor het personage bedenken hoe hij/zij leeft/heet/welke hobby’s/kwaliteiten/ hij of zij heeft. Na afloop kan de ingevulde personagebeschrijving gepresenteerd worden aan de klas. Bespreek in de klas de overeenkomsten en/of verschillen hiertussen!
Voorbereiding:
Bekijk van tevoren met de kinderen het boekje. Neem 1 personage als uitgangspunt om ‘te beoordelen’. Bedenk hoe hij/zij zal heten; waar hij goed in is/wat zijn of haar hobby zou kunnen zijn… Maak vervolgens een bruggetje naar het gespreksonderwerp ‘vooroordelen’. Wat zijn dit precies? Hebben we net ook vooroordelen met elkaar besproken? Wie heeft er wel eens een vooroordeel gehoord over de ander of over zichzelf? Leg vervolgens de opdracht uit; en leg uit dat we in de voorstelling erachter gaan komen in hoeverre we onze vooroordelen bevestigd zien worden.
Benodigdheden
– Printblad ‘Wie zijn deze zes? Boekje’
– Potloden