Start het kringgesprek

Doelgroep: 5+

Stel één of meer ervarings- en belevingsvragen, bijvoorbeeld:

  • Kun je altijd doen wat je zelf wilt, of waar je veel zin in hebt?
  • Wat kan er gebeuren als je iets doet wat niet mag of wat niet hoort?
  • Als je iets heel graag wilt, maar het mag eigenlijk niet – wat doe je dan?
    Wat voel je? En wat denk je erbij?

Verdieping

Stel één of meer onderzoekende, filosofische vragen, bijvoorbeeld:

  • Wat betekent eigenwijs?
  • Is eigenwijs hetzelfde als ondeugend? Is eigenwijs hetzelfde als stout?
  • Denk je dat iedereen weleens eigenwijs is? Ook grote mensen?
  • Zijn er dingen die je het beste op je eigen manier kunt doen? Welke dingen zijn dat?
    Waarom is het belangrijk om het op jouw manier te doen?

Afsluiting

Sluit het gesprek af met een korte samenvatting.

Informatie voor de leerkracht

In een onderzoekend gesprek leren de kinderen van elkaar – van elkaars ervaringen, ideeën en verwondering.

De leerkracht is gespreksleider en faciliteert het gesprek door vragen te stellen en een veilige, respectvolle dialoog te waarborgen.

Een paar tips:

Spreek af dat de kinderen mogen vertellen wat zij denken, weten en voelen, en dat alle antwoorden altijd goed zijn;

Hanteer enkele gespreksregels zoals ‘Steek je hand op als je iets wilt vertellen’ en ‘Als een ander praat, luister je stil en aandachtig’;

Laat je eigen mening en kennis buiten het gesprek. Luister zonder oordeel naar de kinderen en waardeer hun ideeën (ook als ze anders zijn dan je verwacht).