(Super)Helden
Na de voorstelling
Start het kringgesprek
Doelgroep: 4+ (startvragen); 6+ (verdiepingsvragen); 9+ (plusvragen)
Start
Stel één of meer ervarings- en belevingsvragen, bijvoorbeeld:
- Zou jij een superheld willen zijn?
- Welke superheld zou je willen zijn?
- Wie zou jij graag willen redden?
- Moet je dapper zijn om een held te worden?
Verdieping
Stel één of meer onderzoekende, filosofische vragen, bijvoorbeeld:
- Wat is het verschil tussen een echte held en een superheld?
- Zou jij graag een echte held willen zijn?
- Wat heb je nodig om een held te worden?
- Wie is voor jou een held?
Plusvragen
- Kan iedereen een held zijn? Waarom (niet)?
- Worden helden beroemd? Waar hangt dat vanaf?
- Wanneer zou jij graag wat heldhaftiger willen zijn?
Afsluiting
Sluit het gesprek af met een korte samenvatting.
Informatie voor de leerkracht
In een onderzoekend gesprek leren de kinderen van elkaar – van elkaars ervaringen, ideeën en verwondering.
De leerkracht is gespreksleider en faciliteert het gesprek door vragen te stellen en een veilige, respectvolle dialoog te waarborgen.
Een paar tips:
Spreek af dat de kinderen mogen vertellen wat zij denken, weten en voelen, en dat alle antwoorden altijd goed zijn;
Hanteer enkele gespreksregels zoals ‘Steek je hand op als je iets wilt vertellen’ en ‘Als een ander praat, luister je stil en aandachtig’;
Laat je eigen mening en kennis buiten het gesprek. Luister zonder oordeel naar de kinderen en waardeer hun ideeën (ook als ze anders zijn dan je verwacht).